Potlood Draagbaar Hardheid het Testen materiaal, draagbaar meetapparaat voor de Weerstand van Oppervlaktedeklagen tegen Krassen

Het meetapparaat van de potloodhardheid wordt gebruikt om deklagen voor hun hardheid en weerstand tegen krassen en slijtage te testen. De testmethode staat het gebruik van potloden toe die een bekende hardheidsrang om over de oppervlakte hebben worden bewogen dat bij een vaste hoek en een druk moet worden getest.

Het potloodlood, vooraf door de speciale scherper te gebruiken en het te wrijven op fijn schuurpapier (rang 400) wordt voorbereid, wordt gehandhaafd schuin van 45° en met eenvormige druk op de steekproef die geduwd, die of een oppervlakkig spoor verlaten of vernietiging veroorzaken neer aan het substraat dat.
Het Meetapparaat van de Potloodhardheid wordt volledig voorzien van tribune en een reeks van 14 potloden, die van 6B tot 6H-hardheidswaarden gaan.

Meetmethode

3.1 alvorens u begint
 De test zou de relatieve vochtigheid bij van 23°C moeten worden uitgevoerd ± 2°C (73.5°F ± 3.5°F) en van 50% ± 5%, tenzij anders goedgekeurd.

3.2 bereid de Potloden voor

1) Gebruik de speciale geleverde scherpers:
Gebruiksslijper t99923040-1 voor potloden 6H, 5H, 4H, 3H, 2H, H, F, HB, B en 2B. Gebruiksslijper t99923040-2 voor potloden 3B, 4B, 5B en 6B.
Scherp tot ongeveer 5 mm aan 6 mm (¼“) lood, nemend zorg om het blootgestelde lood niet gemarkeerd te verlaten blootgesteld.
2) Plaats een blad van schuurpapier (rang 400) op een vlakke, harde oppervlakte.
3) Houd het potlood bij 90° aan het schuurpapier en wrijf het lood tot een vlakke, vlotte en cirkeldwarsdoorsnede wordt bereikt. Zorg ervoor dat de rand van spaanders of inkepingen vrij is.

3.3 selecteer een Potlood

Wanneer het testen aan BS 3900 E19 en ISO 15184, begin met het zachtste potlood (6B) en toen het werk altijd omhoog de hardheidsschaal.
Wanneer het testen aan ASTM D 3363, begin altijd met het hardste potlood (6H) en toen het werk onderaan de hardheidsschaal.

3.4 duw het Potlood
Plaats het testpaneel op een niveau, vaste, horizontale oppervlakte.
Houd stevig een potlood met het lood schuin van 45° aan de oppervlakte van het testpaneel en het punt die vanaf u onder ogen zien.
Duw het potlood vanaf u ongeveer 6 mm die (¼“) voldoende neerwaartse druk toepassen om de deklaag te snijden of te krassen of de rand van het lood af te brokkelen.

3.5 inspecteer
 Controleer de testoppervlakte door of dichte visuele inspectie, door gevoel gebruikend een vingernagel of, indien overeengekomen, gebruikend een microscoop met tussen de vergroting van x6 en x10-.

Voor ASTM D 3363 identificeer het eindpunt als volgt van de test:

•    Hol hardheid uit; het hardste potlood dat de deklaag over een slaglengte van minstens 3 mm ongesneden verlaat.
•    Krashardheid; het hardste potlood dat niet de deklaag zal verbreken of krassen. Voor ISO 15184 nota één of allebei van de volgende tekorten:
•    Plastic misvorming; een permanente inkeping in de verfoppervlakte zonder samenhangende breuk.
•    Samenhangende breuk; de aanwezigheid van een zichtbare kras of een breuk in de oppervlakte van de verffilm, materiaal die uit de verffilm hebben verwijderd.

3.6 herhaal de Test
De testprocedure (2,3 tot 2,5) zou 12 mm (½“) vanaf de eerste test moeten worden herhaald gebruikend het volgende potlood. Als de twee testresultaten door meer dan één eenheid van potloodhardheid verschillen, verwerp de resultaten en herhaal de test.

3.7 testrapport
 De volgende informatie zou in om het even welk rapport moeten worden bevat over de resultaten van de Potloodtest:

•    Het type van tekort als gevolg van de test.
Nota: In sommige gevallen zullen de twee testeindpunten hetzelfde zijn.
•    Het merk en de vervaardiging van de gebruikte potloden.
•    Om het even welke afwijking van standaardvoorwaarden met inbegrip van de temperatuur en de vochtigheidsvoorwaarden van de test en de ruwheid van de deklaagoppervlakte.
•    De vergroting van de microscoop, als wordt gebruikt.

Nota:

Het hardheidsmeetapparaat met uiteindelading van 500g weegt 2kg vóór verpakking. Plus schuim zouden het karton en andere verpakking 2.5kg-gewicht moeten zijn.

Het hardheidsmeetapparaat met uiteindelading van 750g weegt 2.4kg vóór verpakking. Plus schuim zouden het karton en andere verpakking 3kg-gewicht moeten zijn.

Het hardheidsmeetapparaat met uiteindelading van 1000g weegt 2.5kg vóór verpakking. Plus schuim zouden het karton en andere verpakking 3kg-gewicht moeten zijn.